In het tekstje over de emotionele huishouding stelde ik al het probleem. Ofwel is de emotie te fel en dan haalt het ons helemaal onderuit, ofwel voelen we helemaal niets bij een ervaring en dat kan ook akelig zijn. Dit gaat dus over de afstand die we ervaren ten opzichte van de emotie. Als de afstand gepast is, dan kan je de emotie ervaren en er tegelijkertijd ook naar kijken. Het is dus de kunst om vanop een “juiste” afstand je emoties te ervaren, niet van te dichtbij (te overspoelend) en niet van te veraf (dan voel je niets meer, of is het vaag en sluimerend op de achtergrond).
Emoties zijn niet het probleem, in tegendeel, we hebben ze nodig. Emoties geven aan wat we belangrijk vinden. Emoties zijn dus betekenisvol, want zeggen in feite iets over wie we zijn. De manier waarop jij een situatie of gebeurtenis ervaart maakt deel uit van je persoon. Emoties helpen ons in relaties met anderen en met onszelf. Emoties geven richting aan mijn acties.
Dus er zijn redenen genoeg om emoties te onderzoeken, maar dat kan alleen als we ze kunnen ervaren vanop een gepaste afstand. In psychotherapie zoeken we naar die gepaste afstand.
Meestal vertrekken we vanuit een verhaal en nemen we de tijd om te ervaren (in het hier en nu) welke emoties hierbij ervaren worden. Dat kan erg overspoelend zijn en dan zoeken we naar manieren om de ervaring wat mee op afstand te zetten. Soms helpt een beeld, soms helpt een fysieke verplaatsing, soms moet eerst de heftigheid van de emotie passeren en soms is het nog iets anders. Telkens opnieuw is het een persoonlijke zoektocht naar wat helpt.
Het kan ook dat een ervaring geen enkele emotioneel ervaren uitlokt. Ofwel is de ervaring niet (meer) van betekenis, maar vaak zijn de emoties als het ware afgesneden en geraakt je er dus niet dichtbij. Soms helpt tijd, soms helpt focussing (aandacht richten) en soms dient ‘de leegte’ eerst zijn plaats te krijgen, vooraleer er iets anders kan komen. Telkens opnieuw is het een persoonlijke zoektocht naar wat helpt.