Er is zo’n improvisatieoefening die ik graag met mijn studenten doe. “zeg ja tegen alles”. De
oefening gaat als volgt. Iemand doet een voorstel, bijvoorbeeld: ‘laten we alle stoelen aan de kant
zetten” en iedereen roept enthousiast: ja, laten we dat doen, we zetten alle stoelen aan de kant (en
iedereen begint eraan), dan zegt iemand ‘laten we een liedje zingen’ en iedereen roept: ja, laten we
een liedje zingen (en iedereen zingt, ‘la,la,la,la) dan zegt iemand: “laten we allemaal onze schoenen
uitdoen” en iedereen roept enthousiast: “ja, laten we allemaal onze schoenen uitdoen”…. Zo kunnen
we nog wel een tijdje doorgaan. Je merkt al gauw dat er energie vrijkomt wanneer je enthousiast ‘ja’
zegt op alles wat je pad kruist en het proces wordt steeds voortgezet (energie blijft stromen). Of je
het voorstel effectief uitvoert is in deze oefening niet relevant, want nog voor je eraan begint, krijg je
een ander voorstel waar je weer ‘ja’ op zegt. Denk eraan: het is vooral de bedoeling dat je de energie
laat stromen. Dus als iemand zegt: “laten we gaan dansen”, dan zegt iedereen: “ja, laten we samen
dansen”. Hilariteit verzekerd!. Iedereen begint te bewegen tot iemand een ander voorstel doet.
In het echte leven kan je natuurlijk niet steeds “ja” zeggen op elk voorstel dat je krijgt. En toch blijkt
het niet zo eenvoudig om “neen” te zeggen. Ik heb sinds oktober 2022 een wachtlijst moeten
opstellen omdat ik gewoon niet op elke hulpvraag ‘ja’ kan zeggen. Ik ervaar steeds opnieuw hoe
moeilijk ik het vind om mensen niet onmiddellijk te kunnen helpen. Ik ben zelf nog aan het zoeken
hoe ik dat met de beste zorg kan aanpakken.
Ik weet nochtans hoe belangrijk het is om “neen” te zeggen, vooral om jezelf te beschermen. “Neen”
aan een voorstel of vraag van iemand is eigenlijk “ja” voor jezelf. Eigenlijk moet je kiezen waaraan je
je tijd besteed, want je hebt maar een beperkte tijd. De tijd die je besteed aan jezelf en de eigen
projecten (eigen gezin, eigen hobby’s, eigen interesses, ..) stel ik op de eerste plaats. Sta maar eens
stil bij de vraag waarom je op een voorstel of vraag van iemand anders “ja” zegt. We zeggen best
niet automatisch “ja” op alles zoals in de improvisatieoefening.
We houden soms zoveel rekening met de ander waardoor we onszelf tekort doen. Daar wringt het
schoentje. Wat gaat die ander denken? Zal die mij niet afwijzen als ik “neen” zeg? Leg de focus op
wat je voor jezelf doet. Ik noem het gezond egoïsme.